Als je het woord ‘graaien’ uitspreekt, dan zal een groot deel van je toehoorders dat onmiddellijk associëren met topbestuurders en ‘de politiek’. Of dit terecht is, mag rustig worden betwijfeld, maar de immer terugkerende feiten maken die associatie toch wel heel begrijpelijk. ‘Graaien’ wil volgens Van Dale zeggen: ‘zich op oneerlijke of discutabele wijze verrijken bij de uitoefening van zijn functie’.
Henk Mulder (henk.m.advies@planet.nl) is adviseur consultant building maintenance en redacteur van het Clean Totaal katern “Kijk Op Gevels”.
Aanvankelijk zouden burgemeesters en wethouders bij vertrek op 57-jarige leeftijd geen tien jaar maar ‘slechts’ vijf jaar op ‘wachtgeld’ mogen rekenen. Althans, zo luidde het nieuwe voorstel. Maar plotsklaps heeft minister Plasterk dit voorstel ingetrokken en de desbetreffende B’s en W’s kunnen tot de pensioengerechtigde leeftijd verwachten dat hun wachtgeld (ons belastinggeld) maandelijks op hun rekening wordt overgemaakt, zonder daar enige inspanning voor te leveren.
Is hier sprake van graaien? Ze zijn immers niet meer in functie, maar discutabel is het wel. Discutabel is ook de zachte, ‘masserende’ wijze waarop politici worden behandeld die op kolossale wijze hebben geblunderd en er miljarden aan belastinggeld hebben doorgedraaid. ‘Terugbetalen’ geldt uitsluitend voor de belastingbetaler en zeker niet voor de blunderende politicus dan wel ambtenaar. De uitspraken van het zogeheten ‘Pikmeer-arrest (deel 1 en 2)’ maken het straffen van een ambtenaar welhaast onmogelijk.
Politici en topbestuurders die het indienen van declaraties tot topsport hebben verheven. Politici en topbestuurders die zichzelf met behulp van hun eigen woordenboek altijd weer weten vrij te pleiten van elke oneerlijke, of discutabele handelwijze. Politici en topbestuurders die voor zichzelf exorbitante, ‘secundaire’ arbeidsvoorwaarden weten te realiseren. Zij zullen zeker niet in de zak van Zwarte Piet verdwijnen. En bij het verdwijnen van Zwarte Piet zal ook z’n zak verdwijnen. ‘Wie zoet is krijgt lekkers, wie stout is de roe’. Voor politici en topbestuurders gelden andere regels. Zoet of stout maakt voor hen niet uit, ze krijgen altijd ‘lekkers’.
Tijdens het uitoefenen van hun functie, waarbij de beoordeling van hun vermeende kwaliteiten nimmer een rol speelt, weten zij precies hoe de ‘prijzenpot’ (ons belastinggeld) moet worden verdeeld. De politieke wet op de kansspelen is één grote loterij, waarbij topfuncties en prijzengeld binnen eigen gelederen worden verdeeld en de belastingbetaler zich, als het meezit, gelukkig mag prijzen met een stroopwafel of gevulde koek.
Nee, ik vind het niet gek, dat ‘graaien’ wordt geassocieerd met politici en topbestuurders. Het is in elk geval een discutabel onderwerp.