Hygiëne- en gezondheidsbedrijf Essity zet een nieuwe stap richting een duurzame toekomst: de doelstellingen om tegen 2050 de uitstoot van broeikasgassen tot nul te reduceren, zijn officieel gevalideerd door het Science Based Targets initiative (SBTi).
De validatie betekent dat zowel de korte- als langetermijndoelen van Essity op het gebied van duurzaamheid – van energieverbruik binnen het bedrijf tot de impact van ingekochte goederen en diensten – in lijn zijn met de ‘Business Ambition for 1.5°C’ van het Global Compact van de Verenigde Naties. Dit is een wereldwijde oproep om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5 graden Celsius en op deze manier de ergste gevolgen van klimaatverandering te voorkomen.
Verschil maken
“Het is makkelijk om doelstellingen te communiceren over net zero emissies tegen 2050, maar het verschil tussen doelen stellen en ze ook echt bereiken is de controle en validatie door externe partijen. De validatie van onze 2030- en 2050-doelstellingen door SBTi demonstreert ons commitment voor duurzaamheid en zet ons in de top 18 procent van alle bedrijven in hun database. Uiteindelijk gaat het om gezamenlijk met alle toeleveranciers en stakeholders elke dag echt een verschil te maken”, vertelt Renee Remijnse, Sustainability Director Professional Hygiene bij Essity.
Ambitieuze doelstellingen van Essity
Essity streeft ernaar om uiterlijk in 2050 net zero emissies te bereiken in de hele waardeketen. Op korte termijn wil Essity tegen 2030 de uitstoot van energieverbruik met 35 procent verminderen. Ook de doelen op het gebied van onder andere transport en verwerking van producten aan het einde van hun levensduur zijn aangescherpt van 18 procent naar 35 procent reductie binnen hetzelfde tijdsbestek.
“Klimaatverandering is een van de grootste uitdagingen van onze tijd. Bij Essity zijn we vastbesloten om tegen 2050 een uitstoot van nul procent te bereiken. Dit wordt mogelijk gemaakt door onze sterke focus op innovatie en samenwerking met klanten, partners en leveranciers”, aldus Magnus Groth, President en CEO van Essity.
Een van de belangrijkste CO2-emissies komt van de energie in de eigen productie; Essity zijn dan ook erg trots dat ze veel investeren in de fabrieken waar ze hun producten maken.
Realisaties
“In Suameer hebben we een enorm zonnepanelenveld gerealiseerd dat tot 28 procent van de totale energie kan leveren. En in onze Tork-fabriek in Cuijk gebruiken we bio-energie voor het verhitten van de droogmachines. Ook zetten we de afvalstroom om in circulaire grondstoffen, zoals bio-olie en calciumcarbonaat, door middel van pyrolyse. De geproduceerde bio-olie kan worden gebruikt als hernieuwbare energie. Daarnaast hebben we sinds jaren een E-save programma dat kijkt naar het verminderen van de energiebehoefte. In Zweden en Duitsland is Essity het eerste bedrijf dat, deels, gebruikmaakt van biogas en groene waterstof voor de productie van tissue. We hopen deze kennis ook op korte termijn in Nederland uit te testen.”
Tekst: van de redactie