De gemeente Groningen heeft besloten om vanaf 2022 geen schoonmakers meer in te huren, maar deze zelf in dienst te nemen. In december besliste de gemeenteraad hierover, tegen de wens in van het college van burgemeester & wethouders.
Op de foto: Stadhuis Groningen
Het college moest een besluit nemen over de schoonmaak omdat de contracten met de huidige schoonmaakorganisaties volg jaar aflopen. Burgemeester & wethouders had de kosten en baten laten onderzoeken van opnieuw aanbesteden en het in dienst nemen van de schoonmakers.
Sociale aanbesteding
Uit her onderzoek zou blijken dat het in dienst nemen van de schoonmakers beter is voor hen, maar dat kost de gemeente veel meer: acht miljoen euro voor de komende tien jaar. Vanwege deze conclusie neigde B&W naar een aanbesteding, maar wel één waarin de positie van de schoonmakers wordt versterkt (sociale aanbesteding). Het gaat om ongeveer 80 schoonmakers die in 76 gemeentelijk gebouwen werken.
PvdA, GroenLinks, SP, Partij voor de Dieren en PVV dienden een motie in om de schoonmakers in gemeentelijke dienst te nemen. Dat was gelijk al een meerderheid. “Schoonmakers verdienen een gelijkwaardige positie binnen de gemeentelijke organisatie”, zei PvdA-fractievoorzitter Julian Bushoff. “Ze verdienen meer loon en betere arbeidsomstandigheden. Ze doen ontzettend belangrijk werk en zijn geen tweederangs werknemers.”
Collega’s
Mede-indiener van motie PVV-fractievoorzitter Ton van Kesteren: “Het gaat om investeren in mensen.” “Schoonmakers zijn collega’s die erbij horen”, zei GroenLinks-woordvoerder Jan Visser. “Net als secretarissen, beleidsmensen, archiefmedewerkers en ict’ers. Een gemeente is een organisatie niet van producten maar van mensen, een waarde die zich niet laat meten in euro’s.”
Sommige fracties vonden de kosten van in dienst nemen te hoog. “Het kost een hoop geld”, aldus VVD’er Esther Hessels. “Ik vrees voor lastenverhoging voor de rest van de inwoners. Ook met sociaal aanbesteden kan de positie van schoonmakers worden verbeterd.” CDA-fractievoorzitter René Bolle zei: “Wij zijn niet principieel tegen het in dienst nemen van schoonmakers, maar we zien wel dat naarmate iets bij de overheid komt dat niet per se effectiever gaat werken.”
Coronatijd
Uiteindelijk stemde een ruime meerderheid van 29 van de 45 raadsleden voor de motie. Wethouder Glimina Chakor (GroenLinks) had de motie ontraden. Zij vond de kosten van in dienst nemen “ontzettend hoog”, zeker ook gezien de weinig rooskleurig financiële positie van de gemeente. En dan ook nog in deze onzekere coronatijd. “Sociaal aanbesteden geeft lagere kosten. Dat is beter te dragen in deze lastige tijden.”
En ook de tijd is krap. “In Amsterdam hebben ze 1,5 jaar nodig gehad”, aldus de wethouder. “Ik kan nu al wel zeggen dat we in 2021 geen nieuwe organisatie hebben opgetuigd.” Zij zei de motie wel uit te voeren. “Maar we moeten het goed en zorgvuldig doen en goed kijken wat wel en niet kan, maar daar nemen we de raad in mee.”