Ons artikel over het voor de schoonmaaksector tamelijk sombere perspectief, zoals deze als gevolg van Covid-19 door het UWV geschetst wordt, blijkt voor de schoonmaakbedrijven nauwelijks herkenbaar. Een rondje langs de schoonmaakbedrijven levert namelijk een genuanceerder beeld op. Juist de krapte op de arbeidsmarkt is een punt van zorg bij een herstellende markt.
Door Henk Cornelisse, redactielid Clean Totaal
Aangezien we als redactie er niet van overtuigd waren dat de soep zo heet gegeten werd als deze door het UWV werd opgediend deden we navraag bij diverse schoonmaakbedrijven en de werkgeversorganisaties Schoonmakend Nederland en SieV. De rapportage van het UWV geeft een nogal vertekend beeld van de werkelijkheid, blijkt uit de ontvangen reacties.
Niche markten: grotendeels buiten schot
Directeur Ruud Danklof van Blankers Schoon uit Weert herkent zich niet volledig in de cijfers en prognose van het UWV: “De gevolgen met betrekking tot banenkrimp als gevolg van de Covid-19 pandemie zijn m.i. sterk afhankelijk van de klantportefeuille en de sectoren waarin je werkzaam bent. Ik kan mij voorstellen dat de pandemie een behoorlijk effect heeft bij de schoonmaak van grotere kantoorgebouwen en/of het leisure respectievelijk het horeca segment. Ons bedrijf is echter eveneens actief in de nichemarkten Food, Industry & Zorg, dicht tegen de corebusiness van onze klanten aan. De plussen en minnen heffen elkaar voor het grootste gedeelte op bij ons bedrijf.”
Geen enkel nadeel vanwege Covid werd door Blankers Schoon ondervonden? ”Uiteraard zijn ook wij vooral in de eerste fase geconfronteerd met een hoger ziekteverzuim en het uitstellen van grote specialistische klussen. Maar per saldo is de omzet 2021 gelijk gebleven, met name door extra desinfectie opdrachten.”
Stijgende vraag
Namens het landelijk opererende ISS Nederland laat woordvoerder Marcel Kalmeijer ons weten: “Wij herkennen ons niet in het beeld dat in het UWV artikel geschetst wordt. Bij ISS is er tijdens de pandemie geen aanpassing nodig geweest in de schoonmaakdienstverlening en is werkgelegenheid behouden. Op dit moment zien we juist weer een stijgende vraag, met name naar gespecialiseerde schoonmakers, zoals industrial cleaners.”
Sector moet juist profiteren
John van de Bunt zegt namens Visschedijk Schoonmaak uit Hengelo: “Ik ben het oneens met de inhoud van de publicatie van het UWV. Er zit groei in dit land en daar moet de sector juist van kunnen profiteren! Een aantal partijen heeft zich tijdens de crisis echter te veel gedragen als bankier. Niets uitgeven, niet ontwikkelen en te weinig aandacht voor medewerkers. Kijk maar eens naar de inhoud van het recentelijk gepresenteerde zwartboek. De dienstverleners die zich richten op de menskant, creativiteit en ondernemerschap zullen veel kansen krijgen in de nieuwe werkelijkheid. Misschien niet altijd door simpelweg m2’s te poetsen maar breed te kijken naar facilitaire mogelijkheden. Wij zien daarom volop kansen en grijpen die ook!”
Onduidelijke toekomst thuiswerken
Elbert Jan Hesse van Novon Schoonmaak spreekt over een maximale urenreductie van circa 5% binnen zijn bedrijf als gevolg van Covid-19. Deze reductie geldt overigens uitsluitend binnen het MKB segment van de portfolio, het overige is vrij constant gebleven: “Wij hebben ondanks de pandemie gelukkig alle medewerkers aan het werk kunnen houden. Dit mede dankzij de diversiteit aan segmenten waarin wij actief zijn. De krimp in uren zit vooral in het MKB segment binnen onze portfolio.” Voorts stelt Hesse dat bedrijven nog zoekende zijn naar de gevolgen en de toekomst van het thuiswerken: ”Desalniettemin ervaren wij dat de markt nu al weer enigszins aantrekt! Bijvoorbeeld de vakantieparken zitten weer vol en blijven vol!”
Personeelstekort van Noord tot Zuid
Effektief uit Groningen herkent het door UWV geschetste beeld evenmin. Althans niet in de mate zoals deze opgetekend staat. Nina Poort, operationeel directeur hierover: “Het tekort aan personeel is nog steeds vrij groot. De bezetting op kantoren is wel lager en daar verwachten we ook dat er structureel minder bezetting zal zijn. Daarentegen hebben we veel extra uitvraag naar extra middagrondes e.d.” Poort verwacht dat deze verschuiving zich doorzet en herkent evenmin dat er sprake is van een banentekort: “De evenementlocaties hebben het wel zwaar en daar zijn relatief wel veel banen verloren gegaan. Nu dit segment weer aantrekt zijn hier momenteel echter ook moeilijk mensen te vinden.”
Namens de ICS Groep uit Eindhoven vernemen wij van HR manager Annemiek de Jong een soortgelijk geluid: “Wat wij merken is dat er vanaf mei 2021 juist weer veel meer banen beschikbaar zijn, en dat er dus veel minder krimp is dan het UWV stelt. De gemiddelde kandidaat is daardoor kritisch, en is daarnaast bang voor het verlies van zijn/haar uitkering.” Wel stelt zij dat er In de lockdown/2020 inderdaad sprake was een overschot aan personeel: “Maar dit is nu totaal omgekeerd, en kampen we eerder met een tekort aan personeel.”
Er staan ons pittige tijden te wachten
Maurice Rutgrink, voorzitter SieV stelt dat na het lezen van het rapport het UWV optimistisch is: “UWV stelt dat de arbeidskrapte nu grotendeels over is c.q. is afgenomen. Men spreekt wat verwachtingen uit en probeert een tendens te ontdekken.”
SieV is echter van mening dat naar haar mening, nu het grootste thuiswerk experiment gelukt is, gebouweigenaren en huurders hun kantoormeters kritisch onder de loep gaan nemen: “Men heeft gemerkt met minder meters toe te kunnen. Hoe zich dat verder gaat ontwikkelen is koffiedik kijken. Mijn verwachting is dat we nu tijdelijk even terug gaan normaal. Als de huurcontracten binnen nu en zeg drie jaar af gaan lopen, voorspel ik een krimp van zeker 5% wat niet meer opgevangen wordt door de economische groei.”
Volgens de werkgeversvoorzitter richt het UWV zich op de effecten van afgelopen jaar: “Het vooruit zien wat UWV doet, is op basis van een oud business model. Das war einmal. De arbeidsmarkt krimpt zeker in. De branche heeft nog steeds een imagoprobleem. Ondanks het banenverlies in de schoonmaak en horeca, blijven vacatures open staan.”
Voorts wordt volgens SieV de instroom van jonge medewerkers steeds meer een issue. Deels ook vanwege het stijgende aanbod van mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt., zo stelt zij. Rutgrink: “Met het afnemen van meters en frequenties en voornoemde instroom, staan ons pittige tijden te wachten.”
Grotere arbeidskrapte dan voor pandemie
Ook Schoonmakend Nederland onderschrijft de door UWV verwachte verdere daling van de werkgelegenheid in 2021 niet. Sterker nog, op dit moment is er sprake van een stijgende vraag zegt deze werkgeversorganisatie: “. We verwachten voor 2021 zelfs een grotere arbeidskrapte dan voor de coronapandemie. Met dit verschil dat de krapte voelbaar is op andere plekken en tijden.”
Volgens de woordvoerder van Schoonmakend Nederland wordt dit veroorzaakt doordat nog veel Nederlanders dit jaar vakantie in eigen land vieren, waardoor de vraag naar schoonmaakpersoneel voor hotels, restaurants, vakantie- en attractieparken ‘buiten de Randstad’ explosief gestegen is: “Regio’s die voor de crisis niet tot nauwelijks kampten met krapte. Ook de vraag naar (flexibele) inzet op Schiphol en bij NS en specialistische reinigers (industrie, reconditionering en glaswas) trekt aan.”
De vacatures zijn volgens de brancheorganisatie moeilijk te vervullen omdat de schoonmakers en uitzendkrachten die door de coronacrisis hun baan verloren (krimp van bijna 15%), inmiddels een andere job hebben gevonden: “ Veel werkgevers in de schoonmaak moeten daarom nieuw personeel werven. Schoonmakend Nederland werkt op dit moment de eigen impactanalyse verder uit. Zodra die is afgerond komen we hier graag terug.”
Uiteraard zal de redactie t.z.t. aandacht besteden aan deze door Schoonmakend Nederland uitgevoerde sectoranalyse.