Werknemers die langdurig ziek zijn en geen loon meer ontvangen, moeten worden ontslagen en werkgevers moeten de transitievergoeding betalen. Zo heeft de Hoge Raad geoordeeld. Hiermee komt definitief een einde aan de zogeheten slapende dienstverbanden.
Bij slapende dienstverbanden gaat het om werknemers die langdurig ziek zijn geworden en niet meer aan het werk kunnen komen. In plaats van het dienstverband na twee jaar ziekte te beëindigen, houden veel werkgevers de zieke werknemers in dienst (zonder salaris te betalen, want na twee jaar ziekte hoeft dat niet meer). Sinds 2015 is het voor werkgevers verplicht om een transitievergoeding te betalen bij beëindiging contract.
Compensatieregeling
De hoogste rechter van ons land verwerpt het argument dat werkgevers op hoge kosten worden gejaagd door het dienstverband te beëindigen. Het UWV heeft een compensatieregeling geopend die per 1 april 2020 aangevraagd kan worden. “Een pleister die een wond moet herstellen”, aldus mr. Hella Vercammen van The Legal Company eerder tegenover Clean Totaal.
Het is duidelijk dat de wetgever af wil van de ‘slapende dienstverbanden’. Op grond daarvan brengt de eis van ‘goed werkgeverschap’ mee dat een werkgever een werknemer niet in een ‘slapend dienstverband’ mag houden, om de betaling van de transitievergoeding te ontlopen. Op de werkgever rust dus de verplichting om, op verzoek van de arbeidsongeschikte werknemer, het ‘slapende dienstverband’ te beëindigen, met betaling van een bedrag ter hoogte van de wettelijke transitievergoeding. Dit kan anders zijn als de werkgever gerechtvaardigde belangen heeft om de arbeidsongeschikte werknemer toch in dienst te houden, bijvoorbeeld als er een reëel uitzicht is op re-integratie.
CNV bevestigd in uitspraken
De uitspraak van de Hoge Raad is een opsteker van CNV Vakmensen dat bij monde van Jan Kampherbeek meermaals aandacht heeft gevraagd voor slapende dienstverbanden in de schoonmaakbranche. “Dit is een terechte uitspraak die past bij de tijdsgeest en hetgeen wat we hebben afgesproken over goed werkgeverschap in de CAO schoonmaak”, aldus de vakbondsman.
CNV heeft overigens al eerder afspraken gemaakt met verschillende schoonmaakorganisaties over de slapende dienstverbanden. “Met de partijen die dit bewust nog niet hebben gedaan, gaan we in gesprek om te komen tot een juiste afwikkeling.” Kampherbeek waarschuwt alvast organisaties die tijd willen rekken. Vanaf 1 januari 2020 geldt namelijk de Wet WAB waar de transitievergoeding wordt aangepast. Bedrijven die het proces bewust traineren om tot een lagere vergoeding te komen, kunnen zich opmaken voor een juridische strijd. “Onwenselijk, maar in dit geval nodig”, aldus Kampherbeek.
Liquiditeitsproblemen lonken
Omdat de compensatieregeling van UWV start op 1 april 2020, kan de uitspraak gevolgen hebben voor de liquiditeitspositie van schoonmaakbedrijven. Hella Vercammen: “Met name voor kleinere schoonmaakondernemingen kan dit leiden tot acute problemen in liquide middelen. Een mogelijke oplossing hiervoor is een vaststellingsovereenkomst waarin wordt overeengekomen tot uitbetaling vanaf 1 april 2020.”
Zeker is dat deze uitspraak van invloed zal zijn op schoonmaakondernemers en werknemers die -om Kampherbeek aan te halen- ‘gevangen zitten’ in een slapend dienstverband.