Wellicht bent u de term “cleanroom” wel eens tegengekomen, wellicht reinigt uw bedrijf zelfs cleanrooms. In een serie artikelen zal getracht worden alle “ins en outs” van de cleanroomreiniging en het gedrag in cleanrooms uit de doeken te doen. In deel 1 een algemeen inleidende aftrap.
Door Pieter Eelman
(foto’s: Interflow en Pieter Eelman)
De eerste cleanrooms werden in de zestiger jaren in Amerika gebouwd. De prille ruimtevaartindustrie onder leiding van de Duitser Werner von Braun was de aanleiding om deze uiterst schone ruimtes te bouwen. Filters met een zeer hoog rendement , de zogenaamde HEPA-filters, halen zeer kleine deeltjes uit de lucht. Door het inblazen van gefilterde lucht wordt de cleanroom tevens onder een lichte overdruk gebracht.
De omgevingslucht
Laten we eens kijken naar de lucht om ons heen. U ziet het niet maar één kubieke meter lucht in uw kantoor of huiskamer bevat ongeveer twintig miljoen deeltjes (20.000.000). Deze deeltjes kunnen kleine stofdeeltjes zijn, woestijnzand, fijnstof, roetdeeltjes, minuscuul kleine waterdeeltjes en bacteriën. Kijken we in de lichtbundel van een sterke lamp, dan zien we sommige van deze deeltjes dwarrelen. We hebben het over “kleine deeltjes”. Hoe klein zijn ze? Omdat deze deeltjes heel erg klein zijn, spreken we niet over millimeters of delen daarvan, maar gebruiken we de lengtemaat micron. Een micron is gelijk aan een duizendste millimeter. Om een voorbeeld te geven: een haar heeft een gemiddelde dikte van ééntiende millimeter. Vertalen we dat naar microns, dan is deze haar 100 micron dik. In de cleanroomwereld is dat een geweldige boomstam! In cleanrooms is men beducht voor deeltjes met een grootte van 0,5 micron; dat is gelijk aan 1/2000-ste millimeter! Stel je voor: een millimeter in tweeduizend plakjes gesneden! Overigens is een gemiddelde bacterie één (1) micron groot. In farmaceutische cleanrooms en Operatie Kamers (O.K’s) is dit goed om te weten.
Het seksleven van de bacterie
Behalve virussen, die in een cel kruipen en zich door die cel laten kopiëren, hebben bacteriën, gisten en schimmels voeding, vocht en warmte nodig. Net als alle levende organismen kunnen bacteriën zich vermeerderen. Dat doen ze op een bijzondere wijze. Als een bacterie zich prettig voelt, omdat er voldoende voedsel en vocht aanwezig is en de temperatuur voor de bacterie aangenaam is, zal hij zich delen. Deze deling duurt gemiddeld 20 minuten. Dat wil zeggen dat een bacterie in theorie na 12 uur 68,7 miljard ( 68.700.000.000)nakomelingen kan hebben gekregen! Belangrijke kennis voor de schoonmakers in de farmaceutisch- en ziekenhuissfeer.
Welke typen cleanrooms zijn er?
Door de wanden, vloer en plafond van een cleanroom zeer glad en homogeen uit te voeren, wordt het makkelijk om neergevallen, of aangehechte deeltjes, te verwijderen.
Over de techniek van het schoonmaken van cleanrooms later meer. Eerst nog iets over de cleanrooms zelf. We kennen twee soorten cleanrooms, te weten; de laminaire cleanrooms en de turbulente cleanrooms. De laatste komt verreweg het meest voor. Laminaire cleanrooms hebben een plafond dat helemaal uit filters bestaat en een geperforeerde vloer. Turbulente cleanrooms hebben maar enkele, over het plafond verdeelde filters en een homogene vloer. De lucht wordt bij turbulente cleanrooms via roosters in de wanden afgezogen. Ook zal er lucht ontsnappen als de toegangsdeur open gaat. De lucht die op deze manier ontsnapt wordt door buitenlucht (ook via filters) aangevuld, waardoor het nooit benauwd aanvoelt in een cleanroom. De vuistregel is dat voor elk persoon, werkzaam in een cleanroom, er per uur ca. 50 kubieke meter verse lucht ingeblazen wordt.
De sluizen
Om een cleanroom binnen te gaan moet men eerst een sluis passeren. Deze sluis bestaat altijd uit ten minste twee delen, gesepareerd door een “overstapbank”. Vanaf de gang komt men eerst in het “vuile“ deel van de sluis. “ Vuile” staat tussen aanhalingstekens, want ook dit deel van de sluis zal schoner zijn dan bijvoorbeeld de aanliggende gang. Gaan we de overstapbank over, dan staan we eigenlijk al in de cleanroom. Maar voor dat we dit deel betreden, moeten we een aantal voorzorgsmaatregelen nemen om de schone kant niet extra te bevuilen. In een cleanroom-vakterm noemen we bevuilen “contamineren”.
Kleding
Zo zullen we in het eerste deel van de sluis onze overkleding moeten uittrekken. In bijvoorbeeld farmaceutische bedrijven zullen we ons zelfs tot ons ondergoed moeten uitkleden. Na het uittrekken van de overkleding wassen we onze handen. Over de manier van handenwassen later meer. Het heeft natuurlijk geen zin eerst de handen te wassen en dan de overkleding uit te trekken. Omdat we deze kleding in de relatief vuile buitenlucht hebben aangehad, zullen zich op deze kleding zeer veel deeltjes hebben verzameld. Met schone handen vuile kleding uittrekken heeft natuurlijk geen zin, omdat de kleding de handen gelijk weer zal contamineren. In sommige technische cleanrooms trekken we het cleanroompak (in het Engels: “garment”) gewoon over onze dagelijkse kleding aan. De cleanroomkleding bestaat tegenwoordig meestal uit een hoofdkap, een overall en boots. Onder deze boots worden cleanroomklompen gedragen.
De vuistregel is dat de cleanroomkleding altijd van boven naar beneden wordt aangetrokken. Dus eerst de hoofdkap, dan de overall en dan de boots. Je hoofd is één van de meest gecontamineerde onderdelen van je lichaam. Denk aan de loslaten van haren, “roos” op de schouders en niet te vergeten de micro-organismen, zoals bacteriën, die vocht, voeding en warmte nodig hebben om zich te vermeerderen. Al deze componenten zijn op het hoofd voldoende aanwezig. Dus eerst het hoofd afdekken met een cleanroomkap en dan de rest.
Lees ook: Cleanroomreiniging deel 2: Gedrag en reinigen
Pieter Eelman is sinds 1987 eigenaar van een cleanroom trainingsbureau. Hij is nascholingsopleider van ziekenhuisapothekers en trainer van cleanroom- en operatiekamer reinigers. www.cleanroomtraining.nl