Recentelijk werd in de media breeduit aandacht besteed aan het feit dat DJM Bedrijfsdiensten uit Deventer per 1 juli 2015 het jeugdloon afschaft en vervolgens ook alle jeugdigen het volwassen loon gaat uitbetalen. Een mooi gebaar, zo lijkt het op het eerste gezicht. Maar wat zit hier achter en wat zijn de consequenties? We vroegen het aan de sociale partners en uiteraard aan DJM zelf. Ook minister Lodewijk Asscher reageert.
Door Henk Cornelisse, redactielid Clean Totaal
De vraag werpt zich op of deze maatregel ingegeven wordt uit sociale overwegingen of door het feit dat het aanbod van jeugdige medewerkers in veel regio’s minimaal is. Of speelt artikel 38 uit de cao een rol? Zal de kostenstijging, als gevolg van het niet in het uurtarief inrekenen van een percentage aan jeugdigen, gecompenseerd worden door een ophoging van de vierkante meter prestaties? Wordt het dan een ‘van kakkebed naar pissebed’ scenario? Opdrachtgevers zullen immers niet staan te springen om extra kosten voor hun rekening te nemen en zodoende een sociaal gebaar van schoonmaakbedrijven te financieren.
FNV
FNV vakbondsman Herrie Hoogenboom toont zich verguld met dit initiatief van DJM: “Het is een voorbeeld voor de rest van de schoonmaakbranche en zelfs voor andere branches. Al jaren spreken wij over de scheve verhouding van de prestatie die van jongeren gevraagd wordt versus de karige vergoeding die hier tegenover staat. Het afschaffen van het jeugdloon komt de cao vernieuwingsagenda ten goede. Met het afschaffen van het jeugdloon zijn we er echter nog niet. Hoewel wij het een eerlijkere manier van betalen vinden zullen we ons bijvoorbeeld ook moeten inzetten dat pensioenen voor ieder haalbaar zijn. Mooi is het echter dat FNV schoonmaak niet een keer actie heeft hoeven te voeren om dit moreel prijzenswaardige standpunt van DJM te bewerkstelligen.”
Is FNV niet bang dat, om schoonmaak betaalbaar te houden, de vierkante meter prestaties weer verhoogd dreigen te worden? Het gemiddeld uurtarief zal immers stijgen als afscheid genomen wordt van het jeugdloon. Hoogenboom: “Dat blijft het eeuwige probleem in de sector. Realistische doelen stellen rekening houdend met wat je redelijkerwijze van mensen mag verwachten. Grootste uitdaging is om iedereen gezond te laten werken, in iedere leeftijdsfase. De laatste druppels arbeid uit een schoonmaker wringen leidt uiteindelijk alleen maar tot hogere kosten, zowel voor de schoonmaakbedrijven als de samenleving als geheel.”
CNV
CNV bestuurder Jan Kampherbeek is blij dat deze vorm leeftijdsdiscriminatie vervalt: ”Dat vind ik helemaal prima. Heel vroeger, voor artikel 38, werd er in offertes ook vaak gerekend met jeugdlonen. Dat is na de invoering van artikel 38 afgenomen, al komt het hier en daar nog wel voor. De kortingen worden dan vaak direct weer aan de klant doorgegeven. We zien namelijk nauwelijks dat er bij de inzet van mensen die jeugdlonen krijgen ook wat prestaties betreft rekening wordt gehouden met mindere prestaties. Dan geldt dus zeker gelijk werk is gelijk loon.”
En hoe kijkt Kampherbeek aan tegen de dreiging van ophoging van de vierkante meter prestaties? “Dat argument wordt bij elke kostenverhoging gebruikt. Andersom is het ook waar. Als er geen kostenverhoging is dan blijft men toch zoeken naar een verlaging van de kosten. Immers, als je het voor een lagere prijs kan krijgen waarom zou je dat niet proberen. Daar gaat al jaren de discussie over. Zelfs zonder kostenstijgingen hebben we nog steeds bedrijven die zeggen dat ze kosten kunnen besparen.”
OSB
OSB directeur Rob Bongenaar is voor vrijheid van ondernemen: “Ieder bedrijf dient uiteraard conform de cao te betalen. Wil men echter meer betalen, dan is hier niets mis mee. Marktomstandigheden zoals weinig aanbod van jeugdigen kunnen bedrijven hiertoe nopen. Het betreft echter een keuze per individuele ondernemer. Cao wijzigingen komen namelijk aan de cao tafel tot stand.”
Minister Lodewijk Asscher
De reactie van onze minister is kort en krachtig: “De wet op het minimumloon wordt herzien en ik zal daarin ook het jeugdloon meenemen. Ik verwacht dat we na de zomer daar meer over kunnen zeggen.”
De redactie is zeer benieuwd in hoeverre de Rijksschoonmaakorganisatie (RSO) het voorbeeld van DJM volgt. Tot dusverre verlopen de concrete afspraken aangaande de overname van personeel bij het inbesteden door de rijksoverheid namelijk niet in lijn met de mooie woorden van onze minister over dit thema…
DJM
En dan uiteraard de reactie van DJM Bedrijfsdiensten zelf. Het bedrijf heeft ruim 400 medewerkers in dienst waarvan een twintigtal jeugdigen. Algemeen directeur Jan de Jong geeft openheid van zaken: “Ik ergerde mij al langer aan de mate van ongelijkheid in de beloningsstructuur binnen de schoonmaak. Waarom moet iemand van bijvoorbeeld 18 jaar veel minder verdienen dan iemand van 25 jaar terwijl we dezelfde prestatie verlangen? Dat was de hamvraag. Het schoonmaak vak heb je immers met een de juiste training binnen enkele weken geleerd. Hier gaat geen maanden of jarenlange opleiding mee gepaard.”
Over de door de redactie aangevoerde argumenten met betrekking tot mogelijke verhoging uurtarief c.q. ophoging van de vierkante meter prestatie is de Jong duidelijk: “Ik begrijp wat je bedoelt, maar dat speelt echter bij bedrijven die bij het vaststellen van hun uurtarief rekening hebben gehouden met de inzet van een bepaald percentage aan jeugdige medewerkers. Soms zelfs percentages tussen de 10 a 20%. Dit inrekenen van jeugd in ons uurtarief hebben we nooit gedaan, onze tarieven zijn gebaseerd op volwassenen. Er is zodoende voor ons geen noodzaak om de prestatienormen en/of het uurtarief aan te passen. Feitelijk leveren we iets van onze marge in, maar dat verdienen we terug omdat we verwachten dat we de jeugdige medewerkers langer aan ons bedrijf kunnen binden. Dit leidt tot lagere vervangingskosten, hogere motivatie en een lager ziekteverzuim. We mogen op grond van de gelijkwaardige beloning ook gelijke eisen stellen aan de prestatie van de jeugdigen wat vervolgens de kwaliteit ten goede komt.”
Speelt krapte op de arbeidsmarkt een rol? De Jong: “In onze regio speelt dat naar mijn mening niet. Weinig aanbod van jeugdigen is meer een issue dat binnen de grote steden in de Randstad aan de orde is.”
Precedentwerking
Het vrijwillige gebaar van DJM Bedrijfsdiensten is een nobel initiatief. Marge inleveren om continuïteit te verhogen en arbeidsvoorwaarden te verbeteren is mooi. Dat kan ook in een bedrijf met de inzet van een kleine 5% aan jeugdigen en waarbij in de tariefstelling nimmer rekening is gehouden met de inzet van deze groep. Hierdoor zal de marge ook wat hoger liggen en is er ruimte om hierop iets in te leveren.
Een stuk lastiger wordt het voor bedrijven die wel met een gemiddeld uurtarief werken. Hoewel dit inrekenen van jeugdigen na de intrede van artikel 38 is afgenomen, is dit inrekenen in menig calculatie nog steeds aan de orde. De bedrijven die deze berekeningswijze hanteren zullen, linksom of rechtsom, hun toch al fragiele marge moeten zien te behouden. Dergelijke bedrijven zullen bevreesd zijn voor de mogelijke precedentwerking die van deze eerste afschaffing van het toepassen van jeugdlonen in de schoonmaak uitgaat. Met mogelijke kostprijsverhoging tot gevolg. Een te verkopen verhaal aan opdrachtgevers?
Verder wordt het vooral afwachten waar minister Asscher na de zomer mee gaat komen. Mocht het jeugdloon sneuvelen, dan worden de kaarten voor iedereen opnieuw geschud. De geruststellende woorden van de OSB directeur Rob Bongenaar “cao wijzigingen komen aan de cao tafel tot stand” ten spijt.