De rechtbank Overijssel heeft besloten dat een schoonmaakbedrijf een boete krijgt van 100.000 euro na een ongeval in een mestsilo waar drie mannen omkwamen. De directeur kreeg een werkstraf van 240 uur opgelegd en een jaar voorwaardelijke celstraf met een proeftijd van drie jaar.
Het vonnis van de rechtbank is gelijk aan de eis van de officier van justitie. Volgens de rechter had het dienstdoende schoonmaakbedrijf onvoldoende veiligheidsmaatregelen genomen. Tevens waren de drie mannen niet voldoende op de hoogte van de risico’s die zij liepen en was de uitrusting onvoldoende.
De rechtbank merkt op dat een werkgever simpelweg zijn mensen niet mag blootstellen aan een gevaarlijke arbeidsplaats, zoals een mestsilo, als er geen adequate bescherming of een noodplan is. Wat er verder ook zij van de haalbaarheid in praktische of financiële zin van dergelijke maatregelen.
Geen RI&E gemaakt
Er was geen risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) gemaakt voor het schoonmaken van mestsilo’s. De werknemers waren hierdoor ook onvoldoende voorgelicht. Ook waren er geen adequate maatregelen getroffen voor dit werk, door het gebruik van ondeugdelijke apparatuur. De werknemers waren onvoldoende beschermd tegen het gevaar dat gepaard gaat met de reiniging van mestsilo’s. Zij kregen bovendien geen doeltreffende hulpmaatregelen om te kunnen ontsnappen aan het gevaar dat op 19 juni 2013 bewaarheid werd.
Na het noodlottige ongeval in Makkinga zijn de arbeidsomstandigheden bij het bedrijf verbeterd. Het bedrijf heeft een schoonmaakrobot aangeschaft.