De arbeidsmarkt kampt met historische krapte, mede door vergrijzing. ABN AMRO onderzoekt creatieve oplossingen voor personeelstekorten in dit rapport, met focus op de energietransitie en de zorgsector. Nadere analyse van reisbereidheid en beroepsgroep-wissels biedt inzichten voor ondernemers, beleidsmakers en werkzoekenden.
Arbeidsmarkt
Personeelstekorten zijn aan de orde van de dag, en zullen dat voorlopig blijven – gezien de vergrijzing en uitstroom van werkenden. De arbeidsmarkt heeft te kampen met historische krapte. Zelfs de zwakkere macro-economische context in 2023 had beperkt effect op de arbeidsmarkt. Het aantal werkzame personen nam gestaag toe en de netto arbeidsparticipatie bereikte in 2024 een recordhoogte van 73,4%, aldus cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Vooruitkijkend blijft de arbeidsmarkt de komende jaren krap. Op de korte termijn verwacht ABN AMRO een marginale toename van de werkloosheid in 2024. Doordat het aantal faillissementen begint te normaliseren gaat de bedrijfsdynamiek weer meer in de pas lopen met de conjunctuur. Ook de private arbeidsvraag van mkb-bedrijven zal afkoelen door hogere kosten gerelateerd aan herfinanciering. Daarentegen zal de publieke arbeidsvraag, bijvoorbeeld vanuit de zorg en het onderwijs, hoog blijven. Door deze factoren zal de werkloosheid maar beperkt toenemen. Op de lange termijn beperkt vergrijzing het arbeidsaanbod. Dit kan het bereiken van maatschappelijke doelen in de weg gaan staan.
Tekort aan arbeid nog steeds grootste belemmering
Percentage ondernemers dat aangeeft belemmering te ondervinden
Arbeidstekorten in de energietransitie en zorg
Personeelstekorten worden versterkt door een mismatch tussen de vacatures en wensen van werkzoekenden. Zo heeft niet elke werkzoekende het juiste profiel en de juiste vaardigheden voor alle vacatures, maar ook zijn niet alle werkzoekenden bereid om ver te reizen voor hun werk. De komende jaren zal de arbeidsmarkt krap blijven, onder andere door vergrijzing.
Werkgevers kunnen huiverig zijn om werknemers te laten gaan, wat een rem zet op de arbeidsmobiliteit. Tegelijkertijd zijn er ‘veel handjes’ nodig, bijvoorbeeld in de energietransitie. Ook zijn er flinke tekorten in de zorg en het onderwijs, en zal voornamelijk de zorg geraakt worden door vergrijzing. Ten eerste doordat vergrijzing leidt tot meer zorgvraag en daarmee arbeidsvraag. Ten tweede doordat het personeel zelf ‘vergrijst’. Ook bij beroepen in de energietransitie is sprake van enorme krapte. Met het oog op energie-onafhankelijkheid wordt er flink ingezet op de energietransitie, de overstap van de economie op hernieuwbare energie. Om deze transitie te maken zijn voldoende werknemers noodzakelijk. De problematiek is hier anders omdat het voornamelijk gaat over technisch specifieke vaardigheden.
Met in achtneming van de bovenstaande problematiek bestuderen we in deze publicatie beroepen in de energietransitie en de zorg. We analyseren twee oplossingen voor de personeelstekorten: het vergroten van de reisbereidheid van werknemers en het overstappen vanuit andere beroepen. Voor de zorg lijkt de tweede oplossing soelaas te kunnen beiden terwijl voor de technische beroepen de eerste oplossing meer uitkomst biedt.
Conclusie en beleidsaanbevelingen
Onze analyse vertelt ons twee dingen. Allereerst kan een zoekstraal aanpassing de krapte verkleinen maar de impact hiervan verschilt per beroep, sector en regio. Ten tweede is er interesse in het overstappen naar andere beroepsgroepen, maar in de data voor de door ons onderzochte sectoren is de grootste bereidheid nog steeds voor een (over)stap binnen dezelfde beroepsgroep. Er lijken fricties op de arbeidsmarkt te zijn die ervoor zorgen dat het lastiger is om te wisselen van beroepsgroep. Denk aan andere kwalificaties (opleidingsniveau of vaardigheden), beperkt zicht op mogelijk interessante vacatures buiten de beroepsgroep, of simpelweg geen bereidheid om een overstap te maken; ‘onbekend maakt onbemind’.
In een toekomst – waarin de arbeidsmarkt waarschijnlijk veranderingen gaat doormaken door de energietransitie en vergrijzing – zal het belangrijker worden om voor eenduidigheid te zorgen en fricties weg te nemen voor diegenen die interesse hebben in een beroepsgroep-wissel. Een brede voorlichtingscampagne voor overstapmogelijkheden naar krappe beroepen uit andere sectoren kan vanuit dat perspectief wellicht waardevol zijn. Daarnaast onderstreept dit onderzoek het belang van het gebruik van granulaire arbeidsmarktdata (op zowel geografisch als temporeel gebied) aangezien uit de reisbereidheid-analyse blijkt dat er grote regionale verschillen zijn en eventuele oplossingen voor de krapte ook regionaal toegespitst zouden kunnen worden.
Bron: CBS