“Voor onze economie en ons verdienvermogen hebben we dóórbraken nodig, zowel gedurfde keuzes van het kabinet als meer vernieuwingskracht van het mkb zelf”, zegt Jacques van den Broek, voorzitter van het Nederlands Comité voor Ondernemerschap, bij de presentatie van het nieuwe Jaarbericht ‘Staat van het mkb 2024’. “We zijn productief, maar niet productief genoeg. Andere economieën lopen ons voorbij. Dat gaat al jaren sluipenderwijs. Ik roep het kabinet op om haast te maken, en ondernemers om niet af te wachten.”
Perspectief op productiviteit
Uit het tiende jaarbericht, onder de titel Perspectief op productiviteit, blijkt de urgentie om het verdienvermogen van het mkb te versterken: de cijfers spreken, experts delen hun inzichten en ondernemers vertellen vanuit de praktijk van de werkvloer. Het inzicht dat het met de productiviteit van onze economie niet de goede kant op gaat, wordt inmiddels breed gedeeld. Dit is een Europees probleem, zo hield Mario Draghi ons onlangs voor, en dus ook een Nederlands probleem. Het kabinet werkt inmiddels aan een zogeheten ‘productiviteitsagenda’.
Het grote punt is dat er wat moet gebeuren. Dat vraagt om ingrijpende, ook politieke keuzes. We zijn een open economie, de vergrijzing neemt snel toe en we zitten ook nog eens midden in grote transities. Het Comité dringt erop aan om nu snel te schakelen richting een helder langetermijnplan. We moeten van analyses naar acties, van zowel overheden als ondernemers. Het mkb is de motor van onze economie. Het Comité heeft berekend dat, als het Nederlandse mkb zich vernieuwt naar het voorbeeld van hoogproductieve bedrijven, er een potentieel van 65 miljard euro is aan te boren.
Dalende productiviteitsgroei plus nu ook dalende productiviteit
De ontwikkeling van de productiviteit in het Nederlandse midden- en kleinbedrijf blijft achter bij die in het grootbedrijf. In de afgelopen tien jaar is de arbeidsproductiviteit binnen het mkb (excl. zzp) met bijna 3% gestegen ten opzichte van 2014. Deze stijging is fors lager dan vóór 2014. In 2023 is de arbeidsproductiviteit zelfs met bijna 7% gedaald bij het middenbedrijf in vergelijking met 2022. In het grootbedrijf daalde de arbeidsproductiviteit met meer dan 4%. De kloof tussen het mkb en het grootbedrijf wordt groter, net als de kloof tussen koplopers en peloton binnen het mkb.
We zien een verschuiving van werkgelegenheid van hoogproductieve naar laagproductieve activiteiten, maar de vermindering van de productiviteitsgroei treedt vooral op binnen bedrijfssectoren. De spill-over van koplopers naar mkb-peloton lijkt minder effectief te verlopen dan we mogen verwachten in goed werkende innovatieve ecosystemen. Nederland behoort weliswaar nog steeds tot de meest productieve economieën ter wereld, maar we zien in landen metvergelijkbare niveaus een hogere groei van de arbeidsproductiviteit.
Voorstellen voor actie mkb
Comité-voorzitter Van den Broek benadrukt het belang om nu in actie te komen, voor ondernemers en overheden. In het jaarbericht doet het Comité voorstellen om de productiviteit te versterken: door de toegang tot financiering, de werking van de arbeidsmarkt en de dienstverlening voor het mkb te verbeteren. In de ‘Staat van het mkb 2024’ en tijdens een door het Comité georganiseerde werkconferentie geven kennisexperts, ondernemers en vertegenwoordigers van regionale economic boards en overheden suggesties.
Comité-voorzitter Van den Broek verwacht veel van ondernemers zelf. Zij moeten niet alleen de ambitie maar ook de (management)vaardigheden hebben om een bedrijf te leiden en te laten groeien. Verder moeten ze bereid zijn om elkaar te helpen in ecosystemen van grote en kleine bedrijven, van koplopers en mkb-peloton. Ondernemers moeten ook zelf aan de bak om het potentieel op de krappe arbeidsmarkt te benutten. Daarvoor is, in de woorden van voorzitter Jacco Vonhof van MKB-Nederland, goed werkgeverschap nodig, net als meer investeren in en adopteren van arbeidsbesparende technologieën, en meer creativiteit bij het invullen van vacatures.
Brancheorganisaties en andere (regionale) netwerken kunnen hierbij een belangrijke rol vervullen. Er zijn al veel voorbeelden van dit soort opbloeiende ecosystemen. De overheid moet daar slim op aansluiten. En ook breder investeren in de economische kracht van regio’s, zoals rond ASML in de Brainport-regio en biotech in Leiden-Amsterdam-Utrecht. Overheden moeten vooral ruimte geven voor ondernemerschap, maar het Comité ziet daarbij een krachtige regierol voor de minister van Economische Zaken.
Terecht bindt het kabinet de strijd aan met regeldruk, maar ook daarbij staat als een paal boven water dat ondernemers zelf iets hebben te doen, aldus Van den Broek. “De regeldruk zal alleen lichter kunnen worden als overheden ruimte bieden én ondernemers de verantwoordelijkheid voelen en nemen om te voldoen aan maatschappelijke eisen op het gebied van bijvoorbeeld verduurzaming, circulariteit en goed werkgeverschap. Een OndernemersPact, een van de ideeën van het kabinet, biedt de kans om hierover samen afspraken te maken.