Voor de poorten van het Olympisch Stadion in Amsterdam voerden de schoonmakers op zaterdag 25 november jongstleden een gemoedelijke actie voor extra loon, of we hun wensen tot het maken van een boven-cao afspraak kracht bij te zetten. De leden van FNV Schoonmaak, mede namens CNV Vakmensen, boden Rob Westerlaken van Schoonmakend Nederland een petitie aan, die de werkgeversvertegenwoordiger in ontvangst heeft genomen. In deze petitie vragen de bonden aan de werkgevers om aan tafel te gaan voor een collectieve compensatie van de hoge inflatie.
Westerlaken toonde begrip voor de situatie en heeft toegezegd dat de werkgevers dit gesprek aangaan met de bonden. Een extra compensatie zal ongetwijfeld effect hebben op de toch al forse aankomende prijsstijging. Wie betaalt uiteindelijk de rekening?
Schoonmakend Nederland: cao wordt ingehaald door werkelijkheid
Schoonmakend Nederland heeft de petitie van FNV met de oproep om aan tafel te gaan aanvaard. De woordvoerder: “De door de bond geschetste voorbeelden van medewerkers die de touwtjes niet meer aan elkaar kunnen knopen zijn herkenbaar. Die raken ons ook. En we zien ook dat de mooie cao die we vorig jaar met elkaar hebben afgesproken, wordt ingehaald door de werkelijkheid met hoge inflatie en hoge energiekosten.” Het is volgens Schoonmakend Nederland goed te zien dat de schoonmaak werkgevers individueel collega’s in nood volop te hulp schieten: ”Met het verstrekken van voorschotten, overnemen van schulden, de inzet van budgetcoaches, enzovoort… We moedigen onze leden ook aan dit te blijven doen. De problemen verschillen per medewerker sterk (thuissituatie, uren werk, soort energiecontract). De werkgevers springen daar snel en goed op in binnen hun mogelijkheden. Hiervoor bieden we vanuit de branche ook handvatten.”
Tegelijkertijd heeft de overheid naar de mening van Schoonmakend Nederland een fors pakket maatregelen afgekondigd die de schoonmakers echt gaan helpen, zoals het energieplafond, verhoging huur- en zorgtoeslag en huurverlaging. “We moeten ook kijken naar de andere kant: onze ondernemers en hun opdrachtgevers krijgen ook wat voor de kiezen de komende tijd: neem de hoge inflatie; ondernemers merken dat ook in hun eigen bedrijf. De reiskostenbudgetten voor 2022 waren deze zomer al verbruikt bijvoorbeeld. Ook is het zo dat de kabinetsmaatregelen voor koopkrachtcompensatie in 2023 betaald worden door lastenverzwaring bij bedrijven. En zoals het er nu uitziet moeten we serieus rekening houden met een recessie.”
Kortom, het zijn bijzondere tijden voor medewerkers en ondernemers: “Hierover gaan we uiteraard in gesprek. De petitie van FNV is inmiddels in het bezit van het bestuur en de datum om aan tafel te gaan staat.”
FNV: er moet echt iets gebeuren
Het door werkgeversvertegenwoordiger Rob Westerlaken getoonde begrip voor de situatie waarin de schoonmakers zich bevinden alsmede zijn toezegging om met de bonden rond te tafel te gaan wordt door de schoonmakers zeer gewaardeerd: FNV Schoonmaak bestuurder Renate Bos: “Het werd als een feestje gevierd binnen het schoonmaakparlement. Maar ook vernam ik geluiden in de trant van ‘als we de cao een half jaar later afgesloten zouden hebben dan zou deze er volledig anders uit hebben gezien’ of ‘door de flinke stijging van het minimum loon voelt het of we per 1 januari aanstaande minder gaan verdienen’.” De verwachtingen op extra compensatie door de werkgevers zijn dan ook hoog onder de schoonmakers. Begin december volgt het eerste gesprek. Renate Bos: “De nood van schoonmakers is heel hoog, er moet echt iets gebeuren.”
CNV: geen pleister plakken
Bestuurder Jan Kampherbeek is in ieder geval tevreden over de erkenning van het probleem door Schoonmakend Nederland:” De hoge inflatie wordt nu door sommige bedrijven op individueel niveau op de een of andere manier gecompenseerd. Dat is mooi. Het is echter belangrijk dat er een collectieve regeling getroffen wordt. Geen pleister plakken en maar dan maar hopen dat het bloeden stopt, maar de wond goed bekijken en dan een adequate genezingswijze toepassen.”
Kampherbeek wacht de uitkomsten van de AWVN af over welke effecten/maatregelen de overheidsmaatregelen hebben op de diverse cao’s: ”Aan de hand van deze uitkomsten kunnen we bepalen wat een redelijke compensatie voor de schoonmakers vanuit de werkgeverszijde is. Hierbij denken we niet aan een éénmalige compensatie, die je momenteel bij bedrijfstakken ziet, maar voor de schoonmaak denk ik in de breedte.”
SIEV: spagaat
Werkgeversorganisatie SIEV hield aangaande de bereidheid tot extra looncompensatie een flitsenquête onder haar leden. De reacties stromen binnen. Voorzitter Raymond Kouwenberg: “Uit de tot dusverre ontvangen reacties merk ik het spanningsveld onder de leden. Als sociale ondernemers begrijpen ze de problematiek en is er de bereidheid tot compensatie. De marges in de schoonmaak zijn echter dusdanig klein, dat er nauwelijks ruimte is zonder de gezonde bedrijfsvoering in gevaar te brengen. Met andere woorden er zal vanuit de opdrachtgevers de bereidheid moeten bestaan om dit mede te financieren danwel zijn er belastingmaatregelen nodig om de bruto-netto verhouding aantrekkelijker te maken. Dan kunnen we wellicht een deel van de vakantietoeslag en/of vakantiedagen omzetten in loon of iets dergelijks.” De voorzitter pleit ervoor dat de bonden samen met de werkgeversorganisatie en de RAS de opdrachtgevers ervan te overtuigen dat een verdere kostenstijging onafwendbaar is.
Complexe materie
Als gevolg van de bestaande cao afspraken in samenhang met de inflatie en de forse stijging van energiekosten is de verwachting dat de prijsaanpassing binnen de schoonmaaksector flink hoger zal zijn dan het jarenlang het geval was. Ons rondje langs de velden bevestigt dit vermoeden. Als er daarenboven sprake is van een verdere looncompensatie zal de prijsaanpassing verder omhoog schieten. Uiteraard is het fijn als de schoonmakers de waardering voor hun vak terugzien in de loonhoogte. De vraag werpt zich wel op wat een stevige prijsaanpassing impliceert voor onder meer de werkdruk (m2 prestatie), schoonmaak frequenties etc. indien de opdrachtgevers zoeken naar mogelijkheden om deze kostenstijging in het absolute bedrag te matigen.
Kortom een complexe materie, die de nodige vragen oproept.
Wat betekent dit voor de huishoudelijke hulpen in de privésector? Zal het zwartwerken in dit segment toenemen? Zal het inbesteden van de schoonmaak toenemen?
Wie betaalt uiteindelijke de rekening? De werkgevers, overheid of opdrachtgevers?
Tekst: Henk Cornelisse