In het tweede kwartaal van 2019 nam het aantal openstaande vacatures met 6.000 toe tot 284.000. Het aantal werklozen daalde met 11.000 naar 305.000. Hierdoor is de spanning op de arbeidsmarkt opgelopen naar een nieuw hoogtepunt: gemiddeld 93 vacatures per 100 werklozen. In het eerste kwartaal waren dat nog 88 vacatures per 100 werklozen. Ook het aantal banen is verder gestegen in het tweede kwartaal. Dat meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers over de arbeidsmarkt.
Al zes jaar lang neemt het aantal openstaande vacatures elk kwartaal toe. Er zijn nu ruim driemaal zo veel vacatures als op het dieptepunt in 2013. De toename van het aantal openstaande vacatures is het resultaat van twee stromen: enerzijds ontstonden er in het tweede kwartaal 313.000 nieuwe vacatures, anderzijds werden er 307.000 vacatures vervuld. Niet eerder zijn er in een kwartaal zoveel vacatures vervuld. Het aantal nieuwe vacatures bleef iets achter bij het recordaantal van het eerste kwartaal (316.000).
Handel koploper in aantal vacatures
De meeste openstaande vacatures zijn er in de handel (56.000), de zakelijke dienstverlening, waar schoonmaak deel van uitmaakt (47.000), en de zorg (38.000). In de zorg nam het aantal vacatures in het tweede kwartaal het meest toe, met 3.000. Ook in de zakelijke dienstverlening en het openbaar bestuur steeg het aantal vacatures duidelijk. Daar staat tegenover dat in vijf bedrijfstakken het aantal vacatures iets afnam.
Bij vijf van de veertien bedrijfstakken heeft het aantal openstaande vacatures nu een nieuw hoogtepunt bereikt. Dit geldt voor de handel, de zorg, de horeca, het onderwijs en de informatie en communicatie. In de bedrijfstak financiële dienstverlening is het beeld totaal anders: daar bedraagt het aantal vacatures nu minder dan de helft van de hoge aantallen vacatures van voor de economische crisis.
Ruim vijf jaar achter elkaar banengroei
Het totaal aantal banen van werknemers en zelfstandigen nam in het tweede kwartaal met 40.000 toe tot 10.672.000. De groei van het aantal banen ten opzichte van het voorgaande kwartaal komt daarmee op 0,4 procent. In deze cijfers zijn alle banen meegeteld, voltijd en deeltijd. In een jaar tijd kwamen er 198.000 banen bij, een toename van 1,9 procent.
Het aantal banen groeit al ruim vijf jaar achter elkaar. Vanaf het tweede kwartaal van 2014 zijn er 944.000 banen bij gekomen (+9,7 procent). De groei piekte in het vierde kwartaal van 2017 met 72.000.
Aantal gewerkte uren stijgt licht
Werknemers en zelfstandigen werkten in het tweede kwartaal van 2019 in totaal 3,4 miljard uur. Dat is, gecorrigeerd voor seizoeninvloeden, 0,5 procent meer dan een kwartaal eerder. Per baan wordt gemiddeld 25 uur per week gewerkt. Omdat een substantiële groep meer dan één baan heeft, zijn werkenden gemiddeld 28 uur per week aan het werk, na aftrek van vakantiedagen en ziekteverzuim.
Mannen werkten gemiddeld 32 uur per week, vrouwen 23 uur per week. Van alle gewerkte uren komt 61 procent voor rekening van mannen.
Verdere daling langdurige werkloosheid
De werkloosheid groeit en krimpt door vier verschillende stromen. De eerste is die van mensen die hun baan verliezen en werkloos worden. Tussen het eerste en het tweede kwartaal van 2019 waren dat er 70.000. De tweede stroom is die van de werklozen die een baan vinden (95.000). Per saldo daalde de werkloosheid door deze twee stromen met 25.000.
De daling van de werkloosheid wordt gedempt door het saldo van twee andere stromen. Er zijn mensen die nog niet actief waren op de arbeidsmarkt en op zoek gaan naar werk. Vanuit de niet-beroepsbevolking worden zij onderdeel van de werkloze beroepsbevolking. In het tweede kwartaal van 2019 zijn dit er 133.000. Daartegenover staan werklozen die zich terugtrekken van de arbeidsmarkt (119.000). Het resultaat van deze twee stromen is een stijging van 14.000 werklozen.