Eind februari was er een mooi bericht in het nieuws. Voor het eerst waren er minder werklozen sinds 2008. Dat geldt dan met name voor de groep 18-45 jaar. Er is wel een stijging in de groep oudere werklozen. De vraag naar medewerkers trekt dus aan. Mooi, maar voor de schoonmaakbranche niet per se positief. Er is nu ook meer concurrentie en schoonmakers lijken steeds lastiger te vinden. Mensen staan niet te dringen om in het vak in te stromen vanwege een matig imago. Tijd voor een branchebrede imagocampagne?
Door Leon van den Berg, redactielid Clean Totaal
Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst. Volgens het CBS is de jeugdwerkloosheid nu lager dan voor de crisis. Sinds de werkloosheid in februari 2014 piekte met 7,9 procent, daalt deze vrijwel continu. In januari 2018 bedroeg het werkloosheidspercentage 4,2. Dit is nog altijd wat hoger dan voor de crisis in november 2008, toen het 3,6 was. De jeugdwerkloosheid is wel lager dan voor de crisis. Deze kwam in november 2017 uit op 7,4 procent van de beroepsbevolking tegen 8,5 procent in november 2008. Het gaat hierbij vooral om een daling van het percentage werkloze jongeren die geen onderwijs meer volgen. Van hen was 5,8 procent werkloos in het vierde kwartaal van 2017 tegen 7,6 procent in hetzelfde kwartaal in 2008. Juist die groep jongeren is altijd al een belangrijke bron geweest voor instroom van medewerkers in onze branche.
Krapteberoep
Als wij kijken naar de meest gevraagde beroepen tot en met mbo-2 niveau, dan geeft Randstad daarvoor een interessant lijstje. Er is vooral vraag naar:
- schoonmakers
- vrachtwagenchauffeurs
- laders en lossers
- trainers en sportinstructeurs
- inpakkers.
Naast een vraagzijde is er ook een aanbodzijde. Zoals te verwachten, zijn er beroepen waar vraag en aanbod met elkaar in overeenstemming zijn, maar ook waar een scheve verhouding is tussen gevraagde medewerkers en mensen die zich voor zo’n beroep aanbieden. Dat zijn de krapte-beroepen; beroepen met relatief veel moeilijk vervulbare vacatures. Daarvan heeft het UWV een lijst opgesteld. In de sector overige beroepen komt een interessant beeld naar voren. Daar zijn de krapteberoepen restaurantkoks, hoveniers, leraren exacte vakken en talen en schoonmakers. De werkloosheid is de afgelopen jaren al fors gedaald, van een piek van bijna 700.000 begin 2014 naar minder dan 400.000 in januari 2018. Het UWV denkt dat de werkloosheid volgend jaar nog verder zal dalen, waardoor de arbeidsmarktkrapte dus alleen maar toeneemt.
Imagoprobleem
Belangrijk in deze scheefgroei is het imago van de schoonmaak. Ondanks het feit dat de betaling in de detailhandel veel slechter is dan die in de schoonmaak, lijken mensen nu niet bepaald in de rij te staan voor ons vak. Als je wat op internet rondkijkt naar het beeld van schoonmaak dan komen daaruit nogal schokkende zaken naar voren. Laat ik meteen maar met het ergste dat ik ben tegengekomen beginnen: schoonmaak is voor Turken. Daarmee wordt meteen een hele bevolkingsgroep als dom en niet gekwalificeerd neergezet. Onterecht. Zo ken ik persoonlijk geen Turkse schoonmakers, wel Turkse ingenieurs, leerkrachten, medici, economen en andere hoog opgeleiden. Wat natuurlijk niet wegneemt dat schoonmaak voor mensen met een lage opleiding en mogelijk gebrekkige kennis van de Nederlandse taal wel een goede ingang is om een rol in onze samenleving te vinden. Dat is meteen ook een valkuil.
Ronduit schokkend vond ik in dit verband het relaas van de ervaren Syrische journaliste Linda Bilal die pas twee maanden Nederlandse les had en terecht kwam bij een Haarlemse gemeenteambtenaar. Zij kwam om haar projectvoorstel om uit de uitkeringssituatie te komen te bespreken. De man weigerde haar in een andere taal dan het Nederlands toe te spreken en voegde haar toe: “Je moet iets nieuws leren. Laat de hoop op werk als journalist maar varen. Ga leren schoonmaken bijvoorbeeld. Dat is een beroep waar je niet veel ervaring bij nodig hebt en het is trouwens goed voor vrouwen.” Universitair geschoolde vrienden van haar met internationaal erkende diploma’s ondergingen hetzelfde lot. Dit maakt drie dingen duidelijk. 1) Deze ambtenaar moet ontslagen worden, want ongeschikt voor zijn werk. 2) Wij laten hoog opgeleid potentieel liggen terwijl wij die mensen als Nederland kennisland toch hard nodig hebben. 3) Schoonmaak is voor anderstalige mensen, met name vrouwen. Aan dat laatste beeld moeten we toch echt iets doen.
Schoonmaak is overal en houdt onze samenleving op de been
Ook de logistieke sector heeft moeite om mensen te vinden. Transport en Logistiek Nederland (TLN) startte daarom in 2010 de publiekscampagne ‘Zonder transport staat alles stil’ om het imago van de transportsector te ondersteunen. Deze slogan werd overigens ook al in de periode 1995-1998 gebruikt door de goederenvervoerders Nederland en er werd daarop voortgeborduurd vanwege het succes van destijds. Als belangrijkste onderdeel van de driejarige campagne werden 150 speciaal uitgeruste vrachtauto’s de weg opgestuurd. Wat mensen zich niet realiseren is dat ook zonder schoonmaak alles stil komt te staan. Erger nog: zonder schoonmaak eindigt onze maatschappij. Schoonmaak is overal en houdt ons en onze samenleving op de been. Misschien een mooi thema voor een branchebrede publiekscampagne?
Laten wij eerst eens kijken naar de resultaten van die TLN-campagne. Heeft deze tot meer chauffeurs geleid en het beeld bij het grote publiek veranderd? TLN-Woordvoerder Quinten Snijders: “Naar aanleiding van de campagne ‘zonder transport staat alles stil’ van TLN hebben 10.973 mensen zich aangemeld. Daarvan hebben wij 6.659 mensen uitgenodigd op 104 voorlichtingsbijeenkomsten en werden 4.566 mensen uitgenodigd voor een testdag. Resultaat: 2.638 extra vrachtwagenchauffeurs. Het imago-effect op het algemene publiek is niet onderzocht. Dit was een wervingscampagne, maar wij zien dus dat mensen vrachtwagenchauffeur een aantrekkelijk beroep vinden aan de animo voor het beroep.”
Hoe lang heeft het effect aangehouden en was er invloed van de recessie aan het einde van de campagne? Inmiddels is vrachtwagenchauffeur weer een krapte-beroep.
Denkt TLN aan een nieuwe imago- of wervingscampagne en vindt u een imagocampagne een geschikt middel om mensen te laten instromen op de arbeidsmarkt? “Wij zien dit effect nog steeds. In 2018 is er net een nieuwe campagne ‘ikwordvrachtwagenchauffeur.nl’ gestart en de aanmeldingen voor de info-avonden lopen alweer binnen. De focus is door de veranderde economische omstandigheden wel veranderd, tijdens het eerste sectorplan: van werkloosheid naar werk; tijdens het tweede sectorplan van werk naar werk. Vrachtwagenchauffeur is inderdaad een krapte-beroep vanwege economische omstandigheden, ontgroening en vergrijzing (veel chauffeurs met pensioen). Daarom is naast reguliere instroom extra werving noodzakelijk. De sector speelt hierop in met de nieuwe campagne.”
SIEV & OSB
Wij vroegen SIEV of men aan een imago- en/of wervingscampagne denkt voor ons vak. Voorzitter Maurice Rutgrink: “Het beeld dat UWV weergeeft is conform onze mening en ervaringen van onze leden. Er is door een aantrekkende economie meer vraag naar schoonmakers, glazenwassers etc. Het aanbod is mede door de hoge uitstroom en negatief imago al jaren dalende. Opeenvolgende regeringen hebben mensen gestimuleerd door te leren (een slimme meid is op haar toekomst voorbereid). Daardoor is de markt verschoven van uitvoering middels manuele en/of fysieke arbeid naar meer administratief gericht werk.
Mede door de lage beloning en het fysieke ongemak zoals werken voor of na kantoortijd, werken in de buitenlucht met alle sores van dien, kiest men steeds meer voor een zittend en dus comfortabel beroep. Aan de andere kant is het sociale vangnet zo dichtbij dat mensen voor, in hun gevoel een fractie meer – een “appel en een ei”- ‘s morgens om 5 uur moeten opstaan. Voor dat kleine beetje meer blijft men dus lekker in bed. Daarnaast overheerst het sociale stigma op dit vak. Iemand zal eerder trots melden dat zij caissière is dan schoonmaakster, al verdient zij doorgaans de helft per uur dan als schoonmaakster.
“SIEV tracht op elke manier het vak schoonmaken positief in de markt te zetten”
Persoonlijk zie ik steeds meer het verschijnsel opduiken dat men sneller moe is en het fysieke werk simpelweg niet meer aankan. Het komt mij voor dat de huidige generatie van 20-30 jaar fysiek en psychisch minder sterk is. Het eigen IK prevaleert boven de ander: ik krijg toch wel een uitkering en kan zo mij eigen leven leiden en als de nood hoog is, springt er altijd wel iemand bij (ouders of overheid). De trots van het gevoel dat men in staat is de eigen broek op te houden bij laag opgeleide mensen is steeds minder aanwezig. Daar proberen wij wel iets aan te doen. SIEV tracht op elke manier het vak schoonmaken positief in de markt te zetten en te houden. Door steeds meer een betere cao weg te zetten met daarin opleiding te garanderen, proberen wij het zelfbewust zijn van de markt te laten groeien. Ook dragen wij de Dag van de Schoonmaker een warm hart toe en delen dat met de leden.” Zijn er plannen voor een branchebrede campagne om het vak te promoten eventueel samen met OSB? “Nee, er ligt wel een idee bij ons op de tekentafel, maar concreet is er niets. Maar persoonlijk ben ik van mening dat wij het topic verkeerd benaderen.”
Ook OSB gaf bij monde van Manager PR & Communicatie Melanie Klerx uitgebreid antwoord: ”Wij herkennen het door UWV geschetste beeld. Maar tegelijkertijd: er werken in Nederland zo’n 150.000 mensen in de schoonmaak, van glasbewassing tot de schoonmaak van cleanrooms in de high tech industrie, van kantoor tot operatiekamer. Binnen de schoonmaak kunnen mensen zich ontplooien en verbreden tot echte vakmensen die breed inzetbaar zijn. Ook in andere facilitaire bedrijfstakken zoals de zorg, catering en beveiliging. Dat vindt OSB erg in het belang van onze samenleving.
De schoonmaak volgt de economie en die trekt flink aan. Onze leden geven steeds vaker aan dat de vraag naar schoonmakers stijgt. De uitdaging is om aan de mensen die nog aan de zijlijn staan, herintreden, in deeltijd willen werken óf een nieuwe stap willen zetten, te stimuleren om voor de schoonmaak te kiezen. Onze beloften zijn helder: afwisselend werk, goede arbeidsvoorwaarden die ‘gedekt’ zijn door een dito cao. De aantrekkende economie én het besef dat een schone productie-, werk-, recreëer- en verblijfplek van essentieel belang is voor onze samenleving, zijn de belangrijkste oorzaken van de toegenomen vraag naar schoonmakers.
“OSB bereidt momenteel een arbeidsmarktcampagne voor”
Samen met haar leden ziet OSB het als haar taak om mensen te stimuleren om voor een (loop)baan in de schoonmaak te kiezen. Onze doelgroepen zijn divers. Allereerst de mensen die in de schoonmaak en glasbewassing werken. OSB vindt het belangrijk hen te bevestigen in hun keuze voor dit vak én hen te activeren dit uit te dragen. Daarnaast richten we ons vooral op jongeren, daarnaast op herintreders, alleenstaanden en mensen met een beperking.”
Er zijn plannen voor een branchebrede campagne om het vak te promoten. Klerx: “OSB bereidt momenteel een arbeidsmarktcampagne voor die mensen een uitstekend beeld moet geven van de vele loopbaanmogelijkheden die de schoonmaakbranche biedt. Daarnaast willen we de vele positieve kanten van een loopbaan in het schoonmaakvak (poort tot de arbeidsmarkt, goede arbeidsvoorwaarden, ontwikkel- en doorgroeimogelijkheden, werken in deeltijd, relatieve vrijheid) voor het voetlicht brengen. Deze campagne zal medio deze lente starten.” Hoe die eruit ziet blijft tot dan toe onder de pet, vandaar dus ook geen beeld hiervan.
Dit artikel is verschenen in vakblad Clean Totaal 2 – 2018. Meer artikelen lezen? Abonneer u dan voor slechts 55 euro per jaar!