De laatste uitspraak in de serie betreft een uitspraak van december 2016 waarbij het Hof Arnhem-Leeuwarden de ontbinding van een arbeidsovereenkomst bij Hago terugdraait. Dit vanwege een incident op de werkvloer waarbij in hoger beroep pas bleek dat er toch geen geweld was gebruikt.
Ook bleek dat de schoonmaker in kwestie op dat moment psychotisch was. Transitievergoeding hoeft ondanks weder indiensttreding ook niet te worden terugbetaald.
Praktijkadvies
Deze zaak leert ons dat hoor en wederhoor en objectieve waarheidsvinding extreem belangrijk is bij incidenten. Neem daar ook de tijd voor en zet de werknemer eerst op non actief en win goed juridisch advies in bij arbeidsrecht experts die heel snel kunnen schakelen. Goed werkgeverschap krijgt ook weer nadere invulling.
Casus
Werknemer is in dienst van Hago Rail Services als medewerker schoonmaakonderhoud transportmiddelen III. Hago Rail Services heeft verzocht om de arbeidsovereenkomst met werknemer te ontbinden op 3 verschillende gronden. Het volgende werd aangevoerd. Werknemer heeft zich al langer gedurende de loop van de arbeidsovereenkomst niet gedragen als een goed werknemer. Hij houdt zich niet aan de instructies van Hago Rail Services, terwijl dit gezien de omgeving waarin werknemer werkt, van groot belang is.
Op 20 augustus 2014 is werknemer onaangekondigd op het werk verschenen en heeft een collega aangesproken vanwege een geldlening. Hij heeft deze collega ernstig (verbaal) bedreigd. De situatie was die dag zeer beangstigend en collega’s van werknemer hebben ingegrepen om verdere escalatie te voorkomen. Nedtrain heeft aan Hago Rail Services duidelijk gemaakt dat zij werknemer niet langer toestaat om op een van haar locaties als schoonmaker werkzaam te mogen zijn. Omdat Hago Rail Services slechts één opdrachtgever heeft is het onmogelijk werknemer weer enige vorm van arbeid te laten hervatten.
Oordeel kantonrechter en daarna het hof
De kantonrechter heeft het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst toegewezen. Oordeel van het hof; Naar het oordeel van het hof heeft de kantonrechter ten onrechte de arbeidsovereenkomst tussen werknemer en Hago per 1 juni 2016 ontbonden. Bij het incident op 20 augustus 2014 is geen geweld gebruikt en werknemer heeft ook geen klauwhamer uit zijn achterzak gehaald. In hoger beroep is door Hago een schriftelijke verklaring van B overgelegd, destijds collega van werknemer, waaruit slechts irritatie is gebleken bij en een luidkeelse reactie van werknemer, en voorts dat B hem ‘een soort van gerustgesteld’ heeft en verzocht heeft om weg te gaan, hetgeen werknemer deed.
Motivatie hof
Het hof is van oordeel dat het aldus onderbouwde incident in redelijkheid niet de stelling kan schragen dat werknemer en gevaar voor collega’s en reizigers is gebleken en dat hij daarom, na herstel van de psychose, niet meer voor Hago aan het werk kan. Daar komt bij dat de medewerkers van Lentis hebben aangeboden hulp te bieden bij terugkeer op de werkplek om eventuele onrust bij collega’s, bijvoorbeeld als gevolg van onbekendheid met het ziektebeeld, weg te nemen en om te fungeren als jobcoach voor werknemer, op welk aanbod Hago niet is ingegaan.
Evenmin is gebleken welke poging Hago heeft ondernomen om het besluit te voorkomen of ongedaan te maken, al dan niet onder vermelding van het aanbod van Lentis. Daartoe was zij naar het oordeel van het hof als goed werkgever wel verplicht. Hago kan zich in redelijkheid dan ook niet op de weigering tot toelating van werknemer door Nedtrain beroepen.
Gebod tot weder indiensttreding onder dwangsom
Aangezien naar het oordeel van het hof de kantonrechter ten onrechte de arbeidsovereenkomst heeft ontbonden en het belang van werknemer, gelet op zijn persoonlijke omstandigheden, bij het terugkrijgen van juist deze baan groot is, zal het hof het verzoek van werknemer om Hago te veroordelen tot herstel van de arbeidsovereenkomst toewijzen, en niet overgaan tot een billijke vergoeding in plaats van herstel nu de weigering van Nedtrain om werknemer toe te laten gebaseerd is op een onjuiste voorstelling van zaken en Hago zich onvoldoende heeft ingespannen om werknemer terug te laten keren in zijn werk.
Transitievergoeding hoeft niet te worden terugbetaald
Het hof zal Hago veroordelen tot herstel met ingang van 15 december 2016 op straffe van een dwangsom als verzocht van € 250 per dag tot een maximum van € 50.000. Hago heeft terugbetaling verzocht van hetgeen zij aan transitievergoeding heeft betaald. Voor zover zij dat grondt op de stelling dat werknemer ernstig verwijtbaar heeft gehandeld en daarom op die vergoeding geen recht had, is die grondslag onjuist, zoals volgt uit het falen van grief IV in incidenteel hoger beroep.
Voor zover Hago ook zou bedoelen dat er geen reden is voor een transitievergoeding bij herstel, wijst het hof in dit geval het verzoek van Hago af. De datum waarop Hago de arbeidsovereenkomst dient te herstellen ligt immers geruime tijd na de datum van ontbinding, zodat niet kan worden aangenomen dat de uitgekeerde transitievergoeding onverschuldigd is betaald.
Vragen of meer weten over dit onderwerp? Mail dan naar de juridische experts voor de schoonmaakbranche: hvercammen@thelegalcompany.nl of wsalle@thelegalcompany.nl