Bij de start van de CAO onderhandelingen heeft OSB steun van de vakbonden gevraagd tegen de inbestedingsplannen van de overheid. Dit is voor de werkgevers een wezenlijk uitgangspunt om als partners de CAO onderhandelingen succesvol te laten zijn.
OSB stelt dat de huidige inbestedingsplannen van de overheid de schoonmaakmarkt kapot maken, leiden tot faillissementen van schoonmaakbedrijven én leiden tot een verwachte werkloosheid van 50.000 schoonmakers. Zeker in deze tijd van grote economische problemen en een krimpende markt. Het druist volgens de werkgevers ook lijnrecht in tegen alle positieve ontwikkelingen die de laatste jaren zijn ingezet met de Code Verantwoordelijk Marktgedrag en het OSB-Keurmerk. OSB heeft bij vakbonden aangedrongen op een herziening van hun huidige standpunt voor inbesteding.
Voorzitter OSB en 1e onderhandelaar Hans Simons: ”Wij hebben de afgelopen jaren ondanks de krimpende markt bewezen concreet te blijven bouwen aan een sterke, aantrekkelijke en sociale schoonmaak- en glazenwassersbranche. Hierdoor bieden we onze mensen duurzame werkgelegenheid met ons professionele schoonmaakvak. Wij willen schouder aan schouder met onze opdrachtgevers en vakbonden deze positieve trend doorzetten. Voor onze mensen en ons vak. Mochten de vakbonden de inbestedingsplannen van de overheid blijven steunen, nemen zij een standpunt in tegen onze schoonmakers, ons vak en duurzame werkgelegenheid. Dan heeft het voor ons weinig zin om met elkaar verder te overleggen.”
Inbesteding gevaarlijke schijnzekerheid maakt branche kapot
Inbesteden van schoonmaak bij de overheid is een desastreuze ontwikkeling voor de schoonmaakbranche, aldus OSB. Het is een gevaarlijke schijnzekerheid waarbij het lijkt dat schoonmakers een zekere baan krijgen. Niets is minder waar. In de komende jaren zal een enorme krimp plaatsvinden in het aantal overheidsgebouwen. Dit heeft een direct effect op het aantal vierkante meters dat moet worden schoongemaakt en dus op de werkgelegenheid voor schoonmakers.
OSB zegt dat de schoonmaker die wordt inbesteed, daarbij in een niet professionele schoonmaakomgeving komt, waar structuren, ondersteuning en continue opleiding niet aanwezig zijn. Dit druist in tegen de baanbrekende initiatieven voor de professionalisering van de schoonmaakbranche van de afgelopen jaren.
Daarnaast zullen ook niet professionele schoonmakers worden aangenomen vanuit andere initiatieven van de overheid (verdringing). Tenslotte verdwijnen schoonmaakbanen uit kleine en grote schoonmaakbedrijven. Dit leidt ertoe dat bij deze bedrijven vooral ook ondersteunende functies zullen verdwijnen. Naast de omzet die afneemt. Naar verwachting leidt dit tot een werkloosheid van 50.000 schoonmakers en faillissementen van schoonmaakbedrijven. Kortom, inbesteding leidt tot werkloosheid, faillissementen en afbreuk van het schoonmaakvak.
De partijen hebben onderling afgesproken om op 28 november elkaar weer te treffen en op basis van de mogelijke heroverweging van de vakbonden tot een vervolg van de CAO besprekingen te komen.